Intro muziek is een door ons opgenomen lokaal visserslied.
 





 

Op 13 oktober zijn we met Air Holland naar
The Gambia gevlogen.
(Er wordt altijd Gambia gezegt,
maar het is eigenlijk The Gambia).



Vliegveld Banjul.
 
 

We hadden een Studio bij Hotel PALMA RIMA.
Het Hotel was erg groot, veel kamers
en een aantal studio's

Ook een heel groot zwembad met ligbedden.

 





Zwembad van 't Hotel.

 

 
 


Weg naar het strand.



Je moest vanuit het Hotel een zandweg af en
dan kwam je bij een mooi breed
zandstrand.
Op het strand overal huisjes met rieten daken waar
je wat kon eten en drinken.
Ook veel kramen met fruit.
Wanneer je daar wat fruit kocht
maakten ze het direct klaar om op te eten.


 
 

Hoofdstraat van Serekunda.

Wij hadden een gids geregeld via kennissen
uit Nederland, die met
hem al wat trips gemaakt hadden en dat
goed was bevallen.
De gids noemde zich Charlie Koeman en de chauffeur was gewoon Amst.

Trip 1.

Via de Hoofdstraat zijn we naar
Serekunda gereden.
Daarvandaan naar de dagelijkse veemarkt.
Je weet niet wat je ziet, natuurlijk heel veel vee, de veehouders zijn allemaal Bedoeïen.
Heel kleurrijk om te zien.



De dagelijkse veemarkt.
 
 

Trip 2.

We zijn ook naar het dorp Besse
geweest, daar komt onze
gids vandaan, en die wilde
zijn dorp aan ons laten zien.
Onderweg ijs halen (geen ijs om te eten,
maar ijs om alles koel te houden) bij,
zoals zij dat noemen de "ijslady".

 

Langs de rijstvelden en de plaatselijke markt.
Op de markt zijn we inkopen gaan doen voor
de warme maaltijd, Charlie Koeman's
moeder zou eten voor ons maken.
Langs een voor ons vies riviertje,
waar de was werd gedaan door de
vrouwen, en waar we snoepjes
uitdeelden, kwamen we in het
dorp Besse aan.

In het dorp hebben we eerst nog
een dorpsschooltje bezocht
om schriften, potloden,
linealen etc. af te geven die we mee
hadden genomen vanuit Nederland.

In het dorp werden we hartelijk
verwelkomt door de hele bevolking.
Mannen, vrouwen en kinderen.
Er was ook een moeder bij die
een tweeling had.
Dat was de enige tweeling die ooit in
dat dorp geboren was.

 
 

IJs kopen bij de ijslady.


De rijstvelden.


Het dorpsschooltje.
 
 


Pinda's oogsten.

Eerst zijn we Pinda's gaan oogsten.
Wij moesten het natuurlijk ook
proberen, en ja hoor, dat lukte.
Ik moest daarna een teil met
15 liter water op mijn hoofd zetten
en dan ermee gaan lopen.
Het is best zwaar, maar het ging wel.
Terug in het dorp moest ik
rijst gaan stampen op een bepaald ritme,
ze vonden dat dat goed ging.
Ik vond het wel leuk omdat eens
geprobeerd te hebben.





Kijk maar, het is erg makkelijk.
 
 

We hebben de woningen eerst
van buiten bekeken en daarna moesten we natuurlijk ook binnen kijken.
Een keuken, alleen een hokje, heel erg
donker, geen licht, alleen een houtvuurtje.
Op dat vuurtje kookte zijn
moeder ons eten.
De slaapkamers, alleen een bed
voor die man met 1e vrouw en een kamer
voor die man met z'n 2e vrouw.
De kinderen lagen allemaal in één bed,
als dekens werden jute zakken
gebruikt die overdag in de
zon lagen te luchten.



De buitenkant van de woning.
De mannen mogen daar 2 vrouwen
hebben, en dat hebben de
meesten dan ook.
Maar ja, er zijn dan ook gezinnen
met 14 kinderen, maar wel
bij 2 vrouwen, dat vinden ze
heel gewoon daar.
Verder buiten een opslagplaats voor
de rijst, en achter een boom een gat
wat als dienst deed als w.c.
 
 

Dit was ons eten.

Voor het eten onze handen wassen
want er moet met je handen gegeten
worden (alleen de rechterhand!!).


Na het eten werd er voor ons gedanst.
Heel apart, het hele dorp kwam
kijken en deed mee.

Daarna zijn we via Brikama, langs de houtsnijmarkt terug naar het
Hotel gegaan.



Groot en klein danst mee.
 
  Trip 3.

We zijn ook naar Lamin Lodge geweest,
een heel klein dorpje met een
restaurant op palen.
Ook nog even in het dorp gekeken.
Eén hoofdstraat met aan weerskanten
huizen en kleine winkeltjes.
Daar hebben we heerlijk gegeten.



Hoofdstraat van Lamin Lodge.




Bediende van het restaurant.

 
 


Langs het hele strand zandzakken.


Trip 4.

Via het strand, waar veel vissers waren en waar je de gieren in de lucht naar voedstel zag zoeken,
zijn we met een gids
(die zich mister Black en Decker noemde)
naar het Apenbos gelopen
.


Trouwens, als het 's avonds erg
stil was en we zaten in onze
studio, hoorde je de
apen op het dak lopen en veel
herrie maken door op
hun borst te kloppen.
 
 

Nu maar uitzoeken wat je wilt eten.

In het Hotel hadden we een echtpaar uit
Dortmund ontmoet.
Daar zijn we een avond mee uit eten
gegaan naar een echt Afrikaans
(Gambiaans) restaurant.
Wij waren trouwens de enige toeristen daar.
Je kon kiezen uit 20 verschillende
gerechten die je zelf moest pakken.
Alles stond netjes op een
lange tafel.
Tijdens het eten werd er een dans demonstratie gegeven.
Het was erg gezellig en we waren dus
erg laat weer terug in ons Hotel.






De dansgroep.

 
 

Trip 5.

's Morgens vroeg op, richting Senegal.

Bij de grens tussen Gambia en Senegal
moesten de paspoorten bekeken worden.
Er moest ook nog wat worden betaald
aan de douane beambte anders
mochten we niet door.
Het duurde even en ja hoor, we mochten
weer verder rijden.

Via een grote zoutvlakte, daar moesten we lopend over, naar een vissersdorp waar een
bootje werd geregeld om naar het
Pelikaan eiland te gaan.

 



Onze boot was niet meer dan een
uitgeholde boomstam.
De schipper was een echte Senegalees,
tijdens het varen zat hij (meer
voor zich zelf) lokale liederen
te zingen.




 
 

De grens.


De zoutvlakte.


Onze boot.
 
 

Het Pelikaan eiland.
Bij het Pelikaan eiland aangekomen
weet je niet wat je ziet.
Er leven op dat eiland ongeveer
2500 Pelikanen.

Op de terugweg nog wat gegeten in een
restaurant aan zee en daarna
weer terug naar Gambia.



Uitzicht op zee vanuit Senegal.


 
 
De vakantie duurde maar 9 dagen, dus eigenlijk hebben we om de dag een trip gemaakt.

Dit was een korte beschrijving van onze vakantie in Gambia.

De bevolking in Gambia is erg vriendelijk.
In Senegal is de natuur veel mooier dan in Gambia, alleen de bevolking is niet
zo vriendelijk.


 
 

Naar Beginpagina

TOP